Met spijt in ons hart delen we mee dat ZIZO, het (online) magazine van çavaria, er na bijna 30 jaar mee ophoudt. Wil je weten waarom? Je leest er hier meer over. Çavaria blijft via al hun communicatiekanalen inzetten op mooie verhalen en LGBTI+ nieuws. Wil je op de hoogte blijven? Schrijf je dan hier snel in voor de nieuwsbrief van çavaria. |
Wim getuigt op Wereldaidsdag: "Haal hiv uit de kast"
“Haal hiv uit de kast”, luidt de slogan waarmee Sensoa de voorbije jaren deelnam aan de LGBT Pride-optochten in Brussel en Antwerpen. Op het zeildoek van de wagen zag je drie mannen die hun coming-out met hiv doen.
Velen kennen de oudste van drie wel: Patrick Reyntiens, de man die al sinds 1985 leeft met hiv en vaak daarover getuigt in de media. Eén van de twee jonge mannen naast hem is Wim (29), een verpleger uit Antwerpen.
Waarom roep je anderen op om mee te stappen achter de slogan ‘Haal hiv uit de kast?’
“Onze slogan is herkenbaar, hé. Het is Gay Pride, iedereen is al uit de kast moeten komen voor zijn of haar geaardheid. Voor hiv is dat een beetje gelijkend. Er voor uitkomen is niet altijd gemakkelijk. Misschien is het met hiv zelfs moeilijker. Door deze slogan uit te dragen tijdens de Pride kunnen mensen meer herkenning en erkenning voelen. We gaan niet in discussie met mensen langs de kant, maar ze zien ons wel. In de optocht heb je mensen met hiv, maar ook sympathisanten en een percussiegroep. We trekken aandacht, maar vooral positieve. Voor mij is het belangrijk dat we er normaal over doen.”
Waarom wordt soms afwijzend gereageerd tegenover hiv-positieve mensen?
“Onwetendheid, en ook angst. Terwijl bijna alle personen met hiv onder behandeling zijn en dus ondetecteerbaar zijn en niemand kunnen besmetten. Het gaat ook over de manier waarop je het virus oploopt. De meeste homo’s krijgen hiv via onbeschermd seksueel contact. Maar praten over seks is nog altijd moeilijk. Op de vraag ‘hoe heb je het opgelopen’ moet je vertellen dat je onveilig hebt gevreeën. Of dat er iets fout gelopen is met het condoom. Het is in onze maatschappij nog altijd niet zo evident om daar open over te praten.”
Is er voor jou veel veranderd na je diagnose?
“Het enige wat veranderd is, is dat ik nu om de zes maanden naar de dokter moet en elke dag een pil moet innemen. Het is maar één pil, maar ze is er wel elke dag. Als je je goed voelt maakt dat niet uit, maar soms is het ook moeilijk. Ik heb een voltijdse job, doe vrijwilligerswerk, speel toneel, doe aan yoga en heb een relatie. Dus neen, ik heb niet het gevoel dat ik er dingen voor moet laten.”
Vond je het nodig anderen te vertellen dat je hiv hebt?
“Ik kon terecht zowel bij mijn huisarts als bij mijn hiv-arts, met wie ik een goed contact heb. Ik heb ook contact gezocht met lotgenoten. Dat heb je wel nodig, mensen die hetzelfde hebben doorgemaakt als ik, bij wie je je angsten durft te uiten. Het praten, zeker met familie, vermindert na een tijd wel. Door de medicatie denken veel mensen dat ik genezen ben. Er wordt dus weinig over gesproken, en op zich is dat oké, maar soms is het wel fijn als we het onderwerp toch nog eens ter sprake komt.”
Tot slot: hebben je misschien nog tips voor hiv-positieve mensen?
“Blijf er niet mee zitten. Het is belangrijk dat je jouw verhaal vertelt, maar zorg ervoor dat er voor jezelf ook meerwaarde is. Als het geen nut heeft om het aan die ene persoon op het werk te vertellen, doe het dan ook niet.”
Heb je naar aanleiding van dit bericht nood een aan een gesprek? Contact opnemen met de Lumi kan via www.lumi.be of 0800 99 533.
Eigen verslaggeving